Oostenrijk: De UNCITRAL versnelde arbitrageregels - Zes vragen en antwoorden
Auteur: Per Neuburger en Michael Ibesich
Op 19 september 2021 zijn de Expedited Arbitration Rules (EAR) van de Commissie van de Verenigde Naties voor Internationaal Handelsrecht (UNCITRAL) in werking getreden. De EAR werden op 21 juli 2021 door de Commissie goedgekeurd en vormen, naast de bekende instrumenten van UNCITRAL zoals het Arbitragereglement (UAR) en de Modelwet, een nieuw hoofdstuk in de impactvolle werkzaamheden van de Commissie op het gebied van internationale arbitrage. In dit artikel worden de belangrijkste kenmerken en eigenschappen van het EAR uiteengezet en worden antwoorden gegeven op 6 vragen die zich in de praktijk kunnen voordoen.
1. Wat zijn de versnelde arbitrageregels?
Versnelde arbitrage wordt steeds vaker door partijen gebruikt en wint aan populariteit. De basisgedachte achter de vaststelling van regels voor versnelde arbitrage is de partijen bij een geschil de mogelijkheid te bieden een vereenvoudigde en gestroomlijnde procedure overeen te komen, met als doel binnen een korte termijn een arbitrale uitspraak te doen. De daarmee gepaard gaande kostenbesparing voor de partijen is een ander voordeel.1
Na een discussie over de vraag of een op zichzelf staande reeks voorschriften moet worden opgesteld dan wel of het UAR zelf moet worden gewijzigd, werd besloten een bijlage bij het UAR vast te stellen. Het EAR wijzigt het UAR op bepaalde punten en moet altijd in samenhang met het UAR worden gelezen.
2. Wanneer zijn de versnelde arbitrageregels van toepassing?
Artikel 1, lid 5, van het herziene UNCITRAL-arbitragereglement bepaalt dat het EAR "van toepassing is op de arbitrage indien de partijen zulks overeenkomen". De toepassing van het EAR is dus uitsluitend gebaseerd op consensus tussen de partijen. Partijen moeten ofwel uitdrukkelijk overeenkomen dat het EAR van toepassing is in hun arbitrageclausule - bijvoorbeeld door de EAR-modelarbitrageclausule op te nemen (zie vraag 6 hieronder) - ofwel overeenkomen het EAR toe te passen nadat het geschil is ontstaan.
Met name kunnen de partijen nog steeds overeenkomen het EAR toe te passen indien hun geschil is ontstaan, of hun arbitrageovereenkomst is gesloten, vóór de inwerkingtreding van het EAR. Indien de partijen hun geschil reeds vóór de inwerkingtreding van het EAR aan arbitrage in het kader van het UAR hebben onderworpen, kunnen zij zelfs nadien beslissen hun geschil aan arbitrage in het kader van het EAR te onderwerpen.2
Hoewel het EAR opmerkelijk is in die zin dat voor de werking ervan alleen consensus tussen de partijen is vereist, worden de bepalingen inzake versnelde procedures in verschillende institutionele regels gewoonlijk gekoppeld aan het bedrag in geschil. De versnelde procedure van het ICC wordt bijvoorbeeld in het algemeen toegepast wanneer het bedrag in geschil niet hoger is dan 2 of 3 miljoen USD, afhankelijk van de datum van de arbitrageovereenkomst.3 Hetzelfde geldt voor arbitrages die worden gevoerd volgens de CIETAC-arbitrageregels (5.000.000 RMB),4 de Zwitserse regels (CHF 1.000.000),5 en de ICDR-arbitrageregels (500.000 USD).6
3. Wanneer moeten partijen overeenkomen de versnelde arbitrageregels toe te passen?
Versnelde arbitrage is niet geschikt voor elk type geschil. De toelichting bij het EAR, waaraan de laatste hand zal worden gelegd tijdens de najaarsbijeenkomst van de werkgroep in 2021,7 somt verschillende factoren op die de partijen zorgvuldig moeten overwegen wanneer zij beslissen of versnelde arbitrage geschikt is voor hun situatie:
- De urgentie om het geschil op te lossen;
- De complexiteit van de transacties en het aantal betrokken partijen;
- De verwachte complexiteit van het geschil;
- Het verwachte bedrag van het geschil;
- De financiële middelen waarover de partij beschikt in verhouding tot de verwachte kosten van de arbitrage;
- de mogelijkheid van voeging of samenvoeging; en
- De waarschijnlijkheid dat een vonnis wordt gewezen binnen de termijnen van artikel 16 van de versnelde regels (d.w.z. 6 maanden/9 maanden, zie vraag 5 hieronder).
Een versnelde arbitrage brengt een inherent compromis met zich mee tussen een sneller resultaat enerzijds en de omvang van de procedure anderzijds. Uit deze lijst blijkt dus dat er een consensus bestaat dat een versnelde procedure beter geschikt is voor eenvoudigere en minder kostbare geschillen. Of al dan niet gebruik moet worden gemaakt van versnelde arbitrage moet worden besloten na zorgvuldig overleg met een raadsman en zal in de eerste plaats afhangen van de commerciële behoeften van de partijen.
4. Hoe werken de versnelde arbitrageregels?
4.1. Het scheidsgerecht
Volgens artikel 7 EAR is er, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen, één arbiter.
4.2. Beginfasen
De arbitrageprocedure wordt in de eerste fasen verkort. Volgens artikel 4 EAR moet een kennisgeving van arbitrage, die samen met de memorie van eis wordt medegedeeld, reeds een voorstel bevatten voor de aanwijzing van een tot aanstelling bevoegd gezag (tenzij eerder overeengekomen), alsmede voor de benoeming van een arbiter.
Artikel 5 EAR bepaalt dat de verweerder zijn antwoord, met inbegrip van een antwoord op het voorstel van de eiser voor de aanwijzing van een tot aanstelling bevoegd gezag (indien van toepassing) en voor de benoeming van een arbiter, meedeelt binnen 15 dagen na ontvangst van de kennisgeving van arbitrage (in tegenstelling tot 30 dagen onder het UAR). Het verweerschrift van de verweerder moet binnen 15 dagen na de samenstelling van het scheidsgerecht worden meegedeeld.
Ingevolge artikel 9 EAR pleegt het scheidsgerecht binnen 15 dagen na zijn samenstelling overleg met de partijen door middel van een casemanagementconferentie of anderszins, teneinde de wijze vast te stellen waarop de arbitrage zal worden gevoerd.
4.3. Het tot aanstelling bevoegde gezag
Indien de partijen 15 dagen nadat alle partijen een voorstel voor de aanwijzing van een tot aanstelling bevoegd gezag hebben ontvangen, nog geen overeenstemming hebben bereikt over de keuze van dit gezag, kan elke partij de secretaris-generaal van het Permanente Hof van Arbitrage (PCA) verzoeken het tot aanstelling bevoegde gezag aan te wijzen of zelf als zodanig op te treden (art. 6, lid 1, EAR).
Artikel 6, lid 3, EAR geeft de secretaris-generaal van de PSO een zekere discretionaire bevoegdheid om een tot aanstelling bevoegd gezag aan te wijzen indien hij, gelet op de omstandigheden van het geval, van oordeel is dat dit passender is dan zelf als tot aanstelling bevoegd gezag op te treden.
Artikel 6 EAR stroomlijnt dus de procedure van artikel 6 UAR, dat bepaalt dat de partijen 30 dagen na de indiening van een voorstel moeten wachten alvorens de secretaris-generaal van de PCA te verzoeken het tot aanstelling bevoegde gezag aan te wijzen. Bovendien wordt de procedure vereenvoudigd, aangezien de partijen de secretaris-generaal nu rechtstreeks kunnen verzoeken als het tot aanstelling bevoegde gezag op te treden, in plaats van de procedure in twee stappen van de UAR te moeten doorlopen, waarbij de secretaris-generaal het tot aanstelling bevoegde gezag aanwijst.
4.4. Hoorzittingen
Artikel 11 EAR verleent het scheidsgerecht de bevoegdheid om, na de partijen te hebben uitgenodigd hun standpunt uiteen te zetten en bij gebreke van een verzoek van een partij om een hoorzitting te houden, te besluiten geen hoorzitting te houden.
4.5. Bewijsmateriaal
Artikel 15 EAR verleent het scheidsgerecht een grote mate van vrijheid met betrekking tot de bewijsvoering. Het scheidsgerecht kan beslissen welke documenten, bewijsstukken of andere bewijsstukken de partijen dienen over te leggen en kan elk verzoek om een procedure voor de overlegging van documenten in te stellen afwijzen, tenzij alle partijen een dergelijk verzoek doen.
4.6. Discretionaire bevoegdheid van het Gerecht
Naast hetgeen hierboven werd vermeld in verband met hoorzittingen en bewijsmateriaal, krijgt het scheidsgerecht nog meer speelruimte bij de vormgeving van de procedure door artikel 10 van het EAR, dat het scheidsgerecht de mogelijkheid biedt om op elk moment een door het UAR, het EAR of door de partijen overeengekomen termijn te verlengen of in te korten, na de partijen te hebben uitgenodigd om hun standpunten kenbaar te maken. Met name de in artikel 16 van het EAR vastgestelde termijn voor het wijzen van het vonnis vormt een uitzondering op deze regel (zie vraag 5 hieronder).
5. Wat is de termijn voor het wijzen van een uitspraak volgens de versnelde arbitrageregels?
De termijn voor de toekenning van een prijs was het meest omstreden punt tijdens het opstellen van het EAR.8
Artikel 16 van het EBW stelt de termijn voor de gunning als volgt vast:
- De uitspraak wordt gedaan binnen zes maanden na de datum van samenstelling van het scheidsgerecht, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen.
- In uitzonderlijke omstandigheden en na de partijen te hebben verzocht hun standpunt kenbaar te maken, kan het scheidsgerecht de termijn verlengen tot ten hoogste negen maanden na de datum van samenstelling van het scheidsgerecht.
- Indien het scheidsgerecht niet binnen negen maanden na de datum van samenstelling uitspraak dreigt te doen, stelt het een definitieve, met redenen omklede verlenging van de termijn voor en nodigt het de partijen uit binnen een bepaalde termijn hun standpunt kenbaar te maken. De verlenging wordt alleen goedgekeurd indien alle partijen daarmee instemmen.
- Indien er geen overeenstemming is over de voornoemde verlenging, kan elke partij verzoeken dat het UAR niet langer van toepassing is op de arbitrage. Na de partijen te hebben uitgenodigd om hun standpunten kenbaar te maken, kan het scheidsgerecht beslissen om de arbitrageprocedure verder te voeren overeenkomstig het UAR.
6. Bestaat er een model van arbitrageclausule waarin de versnelde arbitrageregels zijn opgenomen?
Ja, een model van een arbitrageclausule waarvan partijen gebruik kunnen maken, is als bijlage bij het EAR gevoegd. Het luidt als volgt:
"Alle geschillen, disputen of vorderingen die voortvloeien uit of verband houden met dit contract, of de verbreking, beëindiging of ongeldigheid daarvan, worden beslecht door arbitrage overeenkomstig de UNCITRAL Expedited Arbitration Rules.
Opmerking: Partijen moeten overwegen toe te voegen:
(a) Het tot aanstelling bevoegde gezag is .... [naam van de instelling of persoon];
(b) De plaats van arbitrage is . . . [plaats en land];
(c) De in het arbitraal geding te gebruiken taal is ...;".
De toepasselijkheid van het EAR op een geschil kan aldus door de partijen reeds bij het sluiten van een bepaalde overeenkomst op betrouwbare wijze worden gewaarborgd. Het tot aanstelling bevoegde gezag, de plaats van arbitrage en de bewoordingen van de arbitrage kunnen aan de voorkeur van de partijen worden aangepast door de punten a) tot en met c) in de arbitrageclausule op te nemen.
Opmerkingen
Het EAR is uniek omdat het is opgesteld op basis van een brede consensus van de VN-lidstaten, internationale organisaties, niet-gouvernementele organisaties, regeringsfunctionarissen, arbitrage-instellingen, deskundigen, academici, mensen uit de praktijk en andere belanghebbenden.9 Zij vormen een internationaal instrument dat een passend evenwicht lijkt te vinden tussen de snelle en efficiënte beslechting van geschillen enerzijds en de bescherming van de procedurele integriteit en de eerbiediging van het recht op een eerlijk proces anderzijds.
Gezien het succes van eerdere instrumenten van UNICTRAL op het gebied van internationale arbitrage, mag worden verwacht dat het EAR in de praktijk op ruime schaal zal worden aangenomen. Dit is zeker een positieve ontwikkeling, aangezien het kan leiden tot de eenmaking van versnelde procedures en dus tot een grotere rechtszekerheid. Bovendien komt de stroomlijning en vereenvoudiging van de procedures tegemoet aan de commerciële behoeften van vele partijen en zal zij bijdragen tot de versterking van de reputatie van arbitrage als een kosten- en tijdeffectieve methode van geschillenbeslechting.
Voetnoten
1. Informatiedienst van de Verenigde Naties, "Inwerkingtreding van de UNCITRAL Expedited Arbitration Rules" (16 september 2021)
https://unis.unvienna.org/unis/en/pressrels/2021/unisl321.html.
2. Ontwerp-toelichting bij de UNCITRAL-regels voor versnelde arbitrage, nota van het secretariaat (A/CN.9/1082/Add.1, V.21-02556) s A(5)
https://uncitral.un.org/sites/uncitral.un.org/files/media-documents/uncitral/en/acn9-1082-add1-e.pdf.
3. ICC-Reglement van Arbitrage, Art. 30 en aanhangsel VI.
4. Art. 56(1) CIETAC Arbitragereglement 2015.
5. Art. 42(1)(b) Zwitserse regels 2021.
6. Art. 1(4) ICDR Regels 2021.
7. Ontwerp van UNCITRAL-regels voor versnelde arbitrage, nota van het secretariaat (A/CN.9/1082, V.21-02404) s I(4)
https://uncitral.un.org/sites/uncitral.un.org/files/media-documents/uncitral/en/acn9-1082-e.pdf.
8. Mylene Chan, "UNCITRAL keurt versnelde arbitrageregels goed" (Het CPR Instituut, 29 juli 2021)
https://blog.cpradr.org/2021/07/29/uncitral-adopts-expedited-arbitration-rules/.
9. Julián Bordacahar en Dirk Pulkowski, "UNCITRAL, versneld!" (Kluwer Arbitrage Blog, 14 juli 2021)
http://arbitrationblog.kluwerarbitration.com/2021/07/14/uncitral-expedited/.
De inhoud van dit artikel is bedoeld als een algemene leidraad voor het onderwerp. Er dient gespecialiseerd advies te worden ingewonnen over uw specifieke omstandigheden.