Oostenrijk: ICCA-rapport nr. 8 - interinstitutionele taskforce brengt rapport uit over genderdiversiteit bij arbitrale benoemingen en procedures
Auteur: Sharon Schmidt
Eerder dit jaar heeft de interinstitutionele taskforce inzake genderdiversiteit bij arbitrale benoemingen en procedures zijn eerste verslag uitgebracht in het achtste deel van de "International Council for Commercial Arbitration (ICCA) Reports Series" ("verslag").1 De taskforce, die in 2019 is opgericht, brengt vertegenwoordigers van internationale arbitrage-instellingen, advocatenkantoren en initiatieven op het gebied van genderdiversiteit bijeen.2
Het rapport onderzoekt niet alleen de huidige gegevens over de benoeming van vrouwelijke arbiters, maar biedt ook een leidraad, waarin methoden en mogelijkheden worden aangegeven voor de bevordering van genderdiversiteit in de internationale arbitragewereld. Het is dus niet de bedoeling van het rapport om de huidige praktijken te veroordelen, maar wel om een routekaart aan te reiken voor de bevordering van genderinclusiviteit - een inspanning die noodzakelijk wordt geacht om de legitimiteit van arbitrage en de verbetering van het arbitrageproces te vrijwaren.
Volgens de bevindingen van het verslag neemt de genderdiversiteit over het algemeen toe. Dit blijkt uit het feit dat het aantal vrouwelijke scheidsrechters dat in tribunalen wordt benoemd in de loop van de afgelopen vier jaar is verdubbeld.3 Volgens de taskforce is deze vooruitgang grotendeels toe te schrijven aan de aanhoudende inspanningen van arbitrage-instellingen en -organisaties, zoals ArbitralWomen of de Equal Representation in Arbitration Pledge. Toch is de huidige stand van zaken op het gebied van genderinclusiviteit nog steeds zeer voor verbetering vatbaar, aangezien slechts 21% van de benoemden vrouw is.4
Hierna zal worden voortgebouwd op de bevindingen in het verslag van de taskforce en op de discussies tussen de panelleden van het recente webinar dat door de ICCA en het Internationaal Centrum voor de beslechting van investeringsgeschillen ("ICSID") gezamenlijk is gehouden.5 Het beoogt een kort overzicht te geven van de conclusies van het rapport, met aandacht voor recente tendensen, belemmeringen en aanbevelingen ter bevordering van vrouwen in internationale arbitrage.
Huidige trends
In het verslag wordt opgemerkt dat er de afgelopen vier jaar verbeteringen zijn opgetreden met betrekking tot het aandeel vrouwelijke benoemingen tot arbiter, dat is gestegen van gemiddeld 12,2% in 2015 tot 16,3% in 2017 en 21,3% in 2019.6 Redenen voor dit positieve traject zijn onder meer:
- Verbeterde mechanismen voor het volgen en rapporteren van gegevens;
- het opzetten van initiatieven ter bevordering van diversiteit, zoals de "Equal Representation in Arbitration Pledge", die gericht is op "verbetering van het profiel en de vertegenwoordiging van vrouwen in arbitrage [en] benoeming van vrouwen als scheidsrechters op basis van gelijke kansen7;
De analyse bevestigt ook dat de instellingen in het algemeen de belangrijkste kracht zijn geweest bij de benoeming van vrouwelijke arbiters in vergelijking met partijen of co-arbiters:8
- Door instellingen - 34% (2019) vergeleken met 32,5% (2015);
- Door co-arbiters - 21,5% (2019) tegenover 9,6% (2015);
- Door partijen - 13,9% (2019) vergeleken met 8,5% (2015).
Uit deze cijfers blijkt dat het percentage vrouwelijke medebeslissers weliswaar aan het inlopen is ten opzichte van het aantal vrouwen dat door de instellingen wordt benoemd, maar dat het totale aantal laag blijft.9 Ook het aantal vrouwelijke scheidsrechters dat door partijen wordt benoemd vertoont een positieve tendens, maar het tempo waarin deze cijfers stijgen is laag.
Als panellid en voormalig vice-president van het Internationaal Hof van Arbitrage van de ICC, stelt de heer Claus von Wobeser voor,10 co-arbiters hebben de neiging om oudere arbiters voor te dragen die ervaring hebben als voorzitter of die bekend staan als toegewijd en efficiënt in hun praktijk. Herhaalde benoemingen kunnen dus worden teruggevoerd op redenen van "affiniteitsvooringenomenheid" en afkeer van "nieuwkomers".
Hoewel partijen er de voorkeur aan geven een zekere mate van controle te hebben over de benoeming van de voorzitter van het scheidsgerecht, komt het steeds vaker voor dat arbitrageclausules die door partijen zijn overeengekomen, voorzien in de bevoegdheid tot benoeming van co-arbiters. Ondanks het feit dat de grootste ruimte voor verbetering bij partijen en raadslieden ligt, spelen co-arbiters een essentiële rol bij het bewerkstelligen van genderdiversiteit in de rechtbanken. Co-arbiters worden daarom aangespoord om gekwalificeerde vrouwelijke kandidaten in hun selectielijsten op te nemen. Evenzo worden initiatieven zoals Arbitration Pledge beschouwd als nuttige instrumenten om te laten zien dat men zich inzet voor het diversifiëren van het aantal arbiters dat wordt benoemd.
Belemmeringen voor de benoeming van vrouwelijke scheidsrechters
Uitgaande van de bevindingen van het verslag kunnen de belemmeringen voor de benoeming van vrouwelijke scheidsrechters in het algemeen als volgt worden ingedeeld:
- Lekken in pijpleidingen
- Behoud van vrouwen in particuliere juridische praktijken (blz. 43);
- Onbewuste vooroordelen, die van invloed zijn op de professionele ontwikkeling en ervaring van vrouwen, alsmede onvoldoende bekendheid met beroepsmogelijkheden om de reputatie en zichtbaarheid van gebruikers van internationale arbitrage te bevorderen (blz. 44);
- Gebrek aan flexibele werkregelingen (blz. 47);
- Seksuele intimidatie en intimidatie op grond van geslacht (blz. 48).
- Stekkers
- Bij het aanbevelen van arbiters aan cliënten geven raadslieden weinig prioriteit aan genderdiversiteit (blz. 51);
- Genderstereotypering en reputatie (mannen gepromoveerd op basis van potentieel versus vrouwen gepromoveerd op basis van ervaring),11 het verkleinen van de kans dat kandidaten een eerste benoeming krijgen (p53);
- Beperkte toegang tot informatie over een breder spectrum van meer diverse scheidsrechterskandidaten (blz. 54).
Als factoren die bijdragen tot het lekken en dichten van pijpleidingen worden onder meer genoemd:12
- Toewijding aan familie en zorgtaken;
- Gebrek aan flexibele werkmogelijkheden en gezinsleven beschouwd als een "vrouwenprobleem";
- Gebrek aan vrouwelijke rolmodellen en mentors;
- Lange werktijden zijn nadelig voor vrouwen en stigmatiseren hen onevenredig omdat vrouwelijke werknemers er vaker om vragen;
- Onbewuste vooringenomenheid en impliciete associatie van mannelijke kwaliteiten met assertiviteit nodig bij arbitrage;
- De nadruk wordt gelegd op eerdere ervaring, waardoor de kansen op een eerste benoeming kleiner worden.
Hulpmiddelen en aanbevelingen
Naast een overzicht van de tekortkomingen van de huidige arbitragepraktijk met betrekking tot de benoeming van vrouwelijke arbiters, bevat het verslag ook suggesties voor verbetering, waarbij de nadruk wordt gelegd op de instrumenten en methoden waarover arbitragegebruikers beschikken om de genderdiversiteit te bevorderen (deel III, afdeling IV).13
Aanbevelingen om diversiteit aan te pakken
- Het identificeren en in overweging nemen van gekwalificeerde vrouwelijke kandidaten voor benoemingen;
- Sponsoring van diversiteitsinitiatieven;
- Herkennen en aanpakken van onbewuste vooroordelen;
- Mentorschap en opleiding van vrouwelijke juristen, en bevordering van hun zichtbaarheid;
- Ervoor zorgen dat diversiteit tot uiting komt in institutionele panels en roosters;
- Bevordering van transparantie bij arbitrale benoemingen;
- Diversiteit eisen in de teams van raadslieden en bij de benoeming van scheidsrechters;
- Bevordering van een positieve werkcultuur met flexibele werkregelingen.
Aanbevelingen voor jonge beroepsbeoefenaars
- Investeren in relaties met arbitrage-instellingen;
- Op zoek naar leiderschapskansen;
- Zichtbaar zijn en een netwerk opbouwen;
- Het aantonen van de kwaliteiten van een scheidsrechter;
- Actief deelnemen aan opleidingen, conferenties, bemiddelingen en arbitrage;
- Het identificeren van mentoren en sponsors.
Commentaar
Genderdiversiteit is een strategisch doel binnen de arbitragepraktijk, dat met daden moet worden bekrachtigd. Hoewel tot dusver belangrijke stappen zijn gezet, is het absoluut noodzakelijk dat voortdurend concrete maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat de hierboven geschetste eerste positieve tendensen kunnen worden gehandhaafd en verder kunnen worden uitgebouwd. Het ICCA-verslag wijst niet alleen op het belang van een grotere inclusie van vrouwen, maar geeft ook aan welke mogelijkheden er zijn voor bijvoorbeeld bedrijfsjuristen, financiers van geschillen, jonge arbiters of gekwalificeerde vrouwelijke kandidaten om de kwestie van genderdiversiteit in arbitrage aan te pakken.
In het verslag wordt gesuggereerd dat vrouwelijke beoefenaars van juridische beroepen kansen moeten worden geboden om zinvolle ervaring op te doen en met cliënten in contact te komen. Daartoe moeten zowel advocatenkantoren als co-arbiters ernaar streven een team aan te werven dat representatief is voor beide geslachten. Bovendien wordt in het verslag specifiek verwezen naar het belang van opleiding, met name gericht op intimidatie op het werk en onbewuste vooroordelen (Arbitral Women Diversity Toolkit, Alliance for Equal Representation in Arbitrator workshop). Hoewel in het verslag het belang van zichtbaarheid wordt benadrukt, wordt ook voorgesteld af te zien van de oprichting van netwerken voor uitsluitend vrouwen, leiderschapstraining en mentor- of coachingprogramma's, aangezien deze contraproductief kunnen zijn en genderverschillen in de hand kunnen werken.
Voetnoten
1 28.07.2020; ICCA (2020) Verslag van de interinstitutionele task force inzake genderdiversiteit bij arbitrale benoemingen en procedures. De ICCA-verslagen nr. 8. Beschikbaar op: https://cdn.arbitration-icca.org/s3fs-public/document/media_document/ICCA-Report-8-Gender-Diversity_0.pdf [geraadpleegd op 28.11.2020].
2 Voor meer informatie, zie: "Cross-Institutional Task Force on Gender Diversity in Arbitral Appointments and Proceedings". ICCA, 17 aug. 2020. Beschikbaar op: www.arbitration-icca.org/cross-institutional-task-force-gender-diversity-arbitral-appointments-and-proceedings [geraadpleegd op 25.11.2020].
3 ICCA, (n i), blz. 227.
4 "Verslag van de interinstitutionele task force inzake genderdiversiteit bij arbitrale benoemingen en procedures." ICCA, 28 juli 2020, www.arbitration-icca.org/report-cross-institutional-task-force-gender-diversity-arbitral-appointments-and-proceedings [geraadpleegd op 25.11.2020].
5 Internationaal Centrum voor de beslechting van investeringsgeschillen (2020) 11 sep. 2020. Beschikbaar op: https://www.youtube.com/watch?v=mSuskt2FS8I&t=3869s [geraadpleegd op 23.11.2020].
6 Peart, N.; Ivers, J. (2020) Interinstitutionele task force brengt baanbrekend verslag uit over genderdiversiteit bij arbitrale benoemingen en procedures. Kluwer Arbitrage Blog. Beschikbaar op: http://arbitrationblog.kluwerarbitration.com/2020/08/11/cross-institutional-task-force-releases-groundbreaking-report-on-gender-diversity-in-arbitral-appointments-and-proceedings/ [geraadpleegd op 20.11.2020].
7 "Gelijke vertegenwoordiging in arbitrage." Arbitrage belofte, www.arbitrationpledge.com/about-the-pledge [geraadpleegd op 20.11.2020].
8 Internationaal Centrum voor de beslechting van investeringsgeschillen, (n v); Talib, M. (2020) Genderdiversiteit in arbitragetribunalen neemt toe, blijkt uit rapport. Pinsent Masons Out-Law. Beschikbaar op: https://www.pinsentmasons.com/out-law/news/gender-diversity-in-arbitral-tribunals-on-the-rise-report-revealss [geraadpleegd op 24.11.2020].
9 Peart, N.; Ivers, J., (n vI).
10 Zie voor meer details de link naar het webinar: Internationaal Centrum voor de beslechting van investeringsgeschillen, (n v).
11 Peart, N.; Ivers, J., (n vI); zie bespreking in Greenwood, L. (2019) Verder gaan dan diversiteit naar inclusie in internationale arbitrage. Stockholm Y.B. 93, p98.
12 Zie voor meer details de link naar het webinar: Internationaal Centrum voor de beslechting van investeringsgeschillen, (n v).
13 Zie voor meer details de link naar het webinar: Internationaal Centrum voor de beslechting van investeringsgeschillen, (n v).
Oorspronkelijk gepubliceerd door OBLIN Attorneys at Law LLP, januari 2021
De inhoud van dit artikel is bedoeld als een algemene leidraad voor het onderwerp. Er dient gespecialiseerd advies te worden ingewonnen over uw specifieke omstandigheden.