logoIlo

Kan een vonnis ook zonder betekening van een gerechtelijk bevel ten uitvoer worden gelegd?

Auteur: Klaus Oblin

Op 19 juni 2013 oordeelde het Hooggerechtshof(1) dat artikel 34, lid 2, van de verordening Brussel I, dat verhindert dat een beslissing wordt erkend indien de verweerder niet voldoende gelegenheid heeft gehad om zich tegen de vordering te verweren, slechts van toepassing is indien het stuk dat het geding inleidt, aan de verweerder is betekend of meegedeeld op een wijze die hem of haar in staat stelt zich tegen de rechtsvordering te verweren.

De behoorlijke betekening overeenkomstig het recht van de staat van herkomst is niet langer relevant (hoewel dit voorheen werd geregeld door artikel 27, lid 2, van het Verdrag van Brussel van 1968). Het enige wat van belang is, is dat de rechten van de verweerder om zich tegen de rechtszaak te verdedigen wel degelijk zijn gerespecteerd.

In het onderhavige geval oordeelde de rechtbank dat de rechtszaak die tot de tenuitvoerlegging van het bevel heeft geleid, aan de verdachte is betekend met een vertaling in het Duits en met een mededeling waarin de gevolgen worden beschreven als de verdachte niet reageert. De rechten van de verweerder werden daarom in de oorspronkelijke procedure niet beperkt. Het feit dat het gerechtelijk bevel niet aan de verweerder zelf is betekend omdat de verweerder heeft nagelaten een persoon aan te wijzen die bevoegd zou zijn geweest om de betekening van het gerechtelijk bevel te ontvangen, verandert daar niets aan.

Een goede dienstverlening volgens de wetten van het land van herkomst is niet relevant. Het enige wat van belang is, is dat de rechten van de verweerder om zich tegen de rechtszaak te verdedigen, worden gerespecteerd.

Eindnoten

(1) Zaak 3 Ob 84/13v.